Doctoraatsverdediging Elies Smeyers (joint PhD UCL/UGent)

Voor de doorbraak. De voorgeschiedenis van een ‘succesverhaal’.
Een onderzoek naar de genese en receptie van de vroege vertalingen van Hugo Claus’ werk in het Frans.

Promotors: Stéphanie Vanasten en Désirée Schyns.

De verdediging zal plaatsvinden op vrijdag 20 december 2019 in het Auditorium du Monceau, Musée L, Louvain-la-Neuve (Place des Sciences 3), om 14u30.

https://uclouvain.be/fr/facultes/fial/evenements/soutenance-publique-de-these-–-mme-elies-smeyers.html

Gelieve jullie aanwezigheid te bevestigen vóór 18 december (contact: elise.smeyers@uclouvain.be).

 

Voor de doorbraak. De voorgeschiedenis van een ‘succesverhaal’.
Een onderzoek naar de genese en receptie van de vroege vertalingen van Hugo Claus’ werk in het Frans

Hugo Claus (1929-2008) wordt vaak gezien als een van de belangrijkste twintigste-eeuwse Vlaamse auteurs, met een oeuvre dat internationale lof ontving. Voor een Nederlandstalig auteur is vertaling in een centralere taal noodzakelijk om toegang te krijgen tot de World Republic of Letters. Al vanaf het prille begin van Claus’ literaire loopbaan speelden de talrijke en zeer vroege Franse vertalingen en Parijse publicaties van zijn werk een rol in de internationale circulatie en literaire consecratie van zijn oeuvre. Tot nu toe zijn deze vroegere Franse vertalingen echter nog maar zeer sporadisch bestudeerd. Om een beter inzicht te krijgen in de totstandkoming en effecten ervan op de internationale verspreiding en status van Claus’ werk onderzoeken we in deze studie de tekstuele en materiële vertaalprocessen van de vroegere Franse vertalingen evenals hun vroege internationale receptie. Vervolgens vergelijken we deze vroege vertalingen met de latere hervertalingen, om zo temporele en spatiale verschillen in de netwerken, vertaalstrategieën en internationale positie van de auteur en diens oeuvre in kaart te brengen. Gezien de vroege ontvangst en belangrijke positie van Claus’ dramawerk in zijn Franstalige receptie, zullen we onze aandacht hoofdzakelijk daarop toespitsen. Aangezien Claus’ dramaproductie niet losstaat van de rest van zijn werk, betrekken we echter ook andere belangrijke Franse vertalingen van zijn werk bij ons onderzoek. In onze analyse van het vertaalproces belichten we de tekstuele en paratekstuele ‘resémantisations’ die door linguïstische, ideologische, socio-culturele en historische verschuivingen teweeg worden gebracht en brengen die in verband met epitekstuele bronnen en allerhande contextuele factoren (de individuele en institutionele positie van de bemiddelaars, de contacten binnen de netwerken, de mediatisering van de auteur, vertaalsubsidies, kritische weerklank etc.). Op het kruispunt van deze tekstueel-discursieve en contextuele analyse onderzoeken wij de beslissende rol van vertalers en/of bemiddelaars in hun hoedanigheid van tekstuele ‘stemmen’ en extratekstuele ‘agents’. Bij uitbreiding wil deze studie die het culturele transferproces van een perifere naar een centrale taal onder de loep neemt ook bijdragen tot een beter begrip van de functie en positionering van twintigste-eeuwse Vlaamse, Nederlandstalige literatuur in Franse vertaling en van de interculturele, intra- en internationale dynamieken tussen het Nederlandstalige (Vlaamse) veld en het Franstalige veld, meer bepaald tussen het perifere subveld van Franstalig-Belgische vertalingen en het Parijse centrum en tussen Vlaamse en Franstalige intra-Belgische culturele velden.

Het literaire werk van Kader Abdolah (5-6 december, VUB)

Op 5 en 6 december organiseren Philippe Humblé, Hans Vandevoorde en Arvi Sepp (VUB) een colloquium over het literaire werk en de vertalingen van Kader Abdolah. Dit colloquium wordt i.s.m. CLIV georganiseerd en vindt plaats aan de VUB en Passa Porta.

Kader Abdolah (1954) woont sinds 1988 als politiek vluchteling in Nederland. Hij behaalde zijn diploma fysica aan de Universiteit van Teheran en raakte betrokken bij verzetsbewegingen, eerst tegen de Sjah en vervolgens tegen het islamitische regime. Na zijn vlucht naar Nederland begon hij met het schrijven van literatuur in het Nederlands, waarbij hij de taal leerde met behulp van inderboeken. In 1993 publiceerde hij zijn eerste boek in het Nederlands, De Adelaars, dat het Gouden Ezelsoor won, de Nederlandse prijs voor het beste debuut. Er volgden verschillende andere romans, waarvan Het Huis van de Moskee tot hiertoe de meest succesvolle was. Er werden meer dan 300.000 exemplaren van verkocht. Kader Abdolahs boeken zijn in 21 talen vertaald. Zijn laatste roman is Het pad van de gele slippers (2018).

Kader Abdolah is een van de meest vooraanstaande Nederlandse auteurs van het ogenblik. Hij is ook bijzonder aanwezig in het publieke debat in Nederland. Ondanks deze zichtbaarheid en populariteit is er op academisch vlak naar verhouding weinig onderzoek gebeurd naar zijn oeuvre. Dit colloquium heeft als doel Kader Abdolahs werk vanuit een literatuur- en vertaalwetenschappelijk perspectief te benaderen.

Programma van het colloquium :
Het literaire werk van Kader Abdolah (5 december)

Het literaire werk van Kader Abdolah (6 december)